Luxemburg
14, boulevard Royal – L-2449 Luxembourg
 
Maandag tot vrijdag
08:30 u. tot 17.00 u.
 
Vlaanderen
Kortrijksesteenweg 218, 9830 Sint-Martens-Latem
Brussel
Terhulpsesteenweg 120, 1000 Brussel
 
Maandag tot vrijdag
08:30 u. tot 16:30 u.

"In deze crisis kunnen familiebedrijven rekenen op hun langetermijnvisie en hun veerkracht om de financiële problemen te overwinnen" zegt Philippe Depoorter. Maar we moeten ook denken aan de periode na de crisis om de diversiteit van het economische weefsel van het land te garanderen.

Artikel gepubliceerd in Paperjam - mei 2020

Onze economie is erg divers. Achter heel wat bekende namen van supermarkten, cafés en restaurants, transportbedrijven enz. schuilt een lange geschiedenis, die soms meer dan honderd jaar omspant. Dat is de geschiedenis van families die generatie na generatie hun materiële en immateriële vermogen hebben doorgegeven. Familiebedrijven, waarvan er een aantal een wereldoorlog hebben meegemaakt en waarvan de meeste al ten minste één economische crisis hebben doorstaan, worden net als alle andere economische spelers van het land geconfronteerd met de gevolgen van het coronavirus. Hun grootste troef? Die zit misschien wel in hun DNA.

Twee typische kenmerken van familiebedrijven zijn dat ze niet aan een beurs noteren en oog hebben voor de lange termijn. Philippe Depoorter, lid van het uitvoerend comité van Banque de Luxembourg en hoofd van het departement Ondernemingen en ondernemers

“In de eerste fase van de crisis konden ze terugvallen op hun financiële reserves, die ze niet hadden opgebouwd op basis van een specifieke ratio, maar door een manier van werken die eigen is aan familiebedrijven: wanneer er geld verdiend wordt, wordt dat weer in het productieapparaat geïnvesteerd. Familieondernemers keren zichzelf geen vette dividenden uit, omdat ze ten dienste staan van het bedrijf in plaats van hun financiële privévermogen. Voor hen is hun bedrijf hun vermogen.” Banque de Luxembourg mikt vooral op iets grotere familiebedrijven die al ten minste vijf jaar actief zijn en beperkt zich niet alleen tot financieel advies. We laten ons inspireren door de private-bankingaanpak en richten ons zowel tot de ondernemer als de onderneming.

Opgebouwde reserves zijn echter niet onuitputtelijk. De maand mei wordt gezien als een cruciaal moment. Als de activiteiten dan niet kunnen worden hernomen, dreigt de situatie heel wat moeilijker te worden. “Tot nu toe hebben familiebedrijven geprobeerd om het betalingsuitstel voor leningen tot een minimum te beperken. Alles wat normaal gezien kan worden betaald, moet worden betaald”, gaat Philippe Depoorter verder. “De cliënten die ons om uitstel van betaling hebben verzocht, deden dat in de meeste gevallen maar voor een korte termijn. Sommigen willen de interesten betalen, maar allemaal zeggen ze ons dat ze betalingen liever zo weinig mogelijk voor zich uitschuiven, omdat realtime boekhouden dan veel beter lukt.”

Directe steun is nodig

Zelfs midden in deze crisis blijven familieondernemers hun bedrijf als een goede huisvader leiden. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het soort steunmaatregelen waarop ze een beroep doen in het kader van het economische stabilisatieprogramma van de overheid. Zo zijn familiebedrijven minder snel geneigd om bankleningen met een staatsgarantie af te sluiten, omdat ze zo hun schulden alleen maar voor zich uitschuiven en niet zeker zijn dat ze die op de vervaldatum zullen kunnen afbetalen. “De steunmaatregelen van de overheid zijn aanzienlijk, noodzakelijk en gediversifieerd”, merkt Philippe Depoorter op. “De familiebedrijven die wij begeleiden, kiezen veruit het meest voor deeltijdse werkloosheid, verlof om familiale redenen en betalingsuitstel voor hun kosten.”

 
Ondernemingen en ondernemers: Banque de Luxembourg werkt voor u!
Op 25 maart 2020 heeft de Luxemburgse overheid in het kader van het economische stabilisatieprogramma 21 maatregelen aangekondigd om de economie en de bedrijven te ondersteunen tijdens deze gezondheidscrisis, waarvan de economische impact nog onzeker is.

De (soms ingewikkelde) steunmaatregelen van de overheid waren noodzakelijk in de eerste fase van de crisis, die van midden maart tot eind april liep, maar zijn niet genoeg. “Voor de zwaarst getroffen sectoren, en daarbij denk ik bijvoorbeeld aan de horeca, de detailhandel, de evenementensector en het toerisme, zal naargelang de duur van de lockdown en het daaropvolgende herstel rechtstreekse hulp nodig zijn. Op dit moment is die hulp echter niet voorhanden. We kunnen bedrijven niet dwingen om hun deuren dicht te doen en tegelijkertijd verwachten dat ze hun vaste kosten blijven betalen. Er moet voor die directe steun een aanvaardbaar model gevonden worden dat in verhouding staat tot de omzet en de kosten”, meent Philippe Depoorter. Ook de Union des entreprises luxembourgeoises en haar voorzitter Nicolas Buck zijn er grote voorstander van om de overheid de vaste kosten van gesloten bedrijven te laten betalen. De overheid lijkt daar echter geen oren naar te hebben en meent dat de verschillende steunmaatregelen heel wat bedrijven al in staat stellen om hun verplichtingen na te komen.

Sociale rechtvaardigheid 

Betekent dat dan dat de overheid niet iedereen kan helpen? De Luxemburgse minister van Economie Franz Fayot (LSAP) wil in een interview zover niet gaan, maar geeft wel toe dat de crisis een aantal bedrijven die het voor de pandemie al moeilijk hadden, zeker niet zal helpen. “Het argument van de natuurlijke selectie, dat niet iedereen kan worden geholpen, gaat niet op”, vindt Philippe Depoorter. “Er is nu solidariteit nodig, een van de typische kenmerken van familiebedrijven, want na de gezondheidscrisis en de economische crisis zal sociale rechtvaardigheid een belangrijk thema worden.” Wat voor samenleving willen we na de crisis? Waar zal de toegevoegde waarde in de toekomst vandaan komen? Er zijn heel wat belangrijke vragen die een antwoord vereisen. “Men zou kunnen denken dat we evolueren naar een samenleving met technologische toegevoegde waarde, waarin alles digitaal wordt. Dat is een keuze die de samenleving maakt”, zegt Philippe Depoorter. “Er is ook een soort obsessie voor start-ups in Luxemburg, terwijl de klassiekere bedrijven die worden opgericht, vergeten worden en de crisis ons nochtans herinnert aan het belang van de basisberoepen, die het sociale bindmiddel vormen.” 

Er staat meer op het spel dan alleen maar het overleven van afzonderlijke bedrijven. Het gaat erom een gediversifieerd economisch weefsel in stand te houden, kmo’s en kleine zelfstandigen incluis. “Traditionele bedrijven zijn erg belangrijk, omdat ze deel uitmaken van het sociale weefsel van de economie van een land”, zei éminence grise van de werkgevers Michel Wurth in een interview dat onlangs in Paperjam is verschenen. Wat als we deze crisis, die niet alleen leidt tot steunmaatregelen maar ook tot reflectie aanzet, zouden gebruiken als opstapje naar nieuwe begeleidingsstructuren voor familiebedrijven en kleine ondernemingen die van generatie op generatie worden overgedragen, om zo tot een nieuwe vorm van nationale solidariteit te komen? 

Schrijf u in op de maandelijkse nieuwsbrief
Ontvang maandelijks analyses van de financiële markten en nieuws over de bank.

Bekijk onze laatste nieuwsbrief Bekijk onze laatste nieuwsbrief