Luxemburg
14, boulevard Royal – L-2449 Luxembourg
 
Maandag tot vrijdag
08:30 u. tot 17.00 u.

BELANGRIJK: PAS OP VOOR FRAUDE

Personen die zich valselijk uitgeven voor medewerkers van Banque de Luxembourg maken momenteel misbruik van de naam, het logo en het adres van de Bank om particulieren frauduleuze spaar- en beleggingsproducten aan te bieden.

Waakzaam blijven

 
Vlaanderen
Kortrijksesteenweg 218, 9830 Sint-Martens-Latem
Brussel
Terhulpsesteenweg 120, 1000 Brussel
 
Maandag tot vrijdag
08:30 u. tot 16:30 u.

BELANGRIJK: PAS OP VOOR FRAUDE

Personen die zich valselijk uitgeven voor medewerkers van Banque de Luxembourg maken momenteel misbruik van de naam, het logo en het adres van de Bank om particulieren frauduleuze spaar- en beleggingsproducten aan te bieden.

Waakzaam blijven

De buitensporige schuldenlast van de ontwikkelde landen wordt door de coronacrisis nog groter. Guy Wagner, bestuurder-directeur van BLI - Banque de Luxembourg Investments, ziet geen andere uitweg dan een terugkeer naar meer begrotingsdiscipline.

De uitzonderlijke crisis die we doormaken, heeft landen maatregelen doen treffen waarvan het prijskaartje in de miljarden dollars loopt. Kunnen ze nog meer doen?

Om die vraag te beantwoorden, moeten we even stilstaan bij de manier waarop landen hun uitgaven bekostigen. In het algemeen hebben ze maar twee opties: ze gebruiken hun inkomsten, die vooral afkomstig zijn van belastingen, of ze gaan schulden aan. Wat die tweede optie betreft, kunnen ze op verschillende manieren meer schulden aangaan dan de doorsneeburger. Zo kunnen ze bijvoorbeeld obligaties uitgeven, die door pensioenfondsen en verzekeraars gekocht worden.

Moedigt het lagerenteklimaat landen aan om meer obligaties uit te geven?

Ja, maar denken dat in een lagerenteklimaat alles kan, is gevaarlijk. De rente die landen op hun staatsobligaties moeten betalen, is erg laag en in sommige gevallen zelfs negatief, en alsmaar meer mensen vragen zich af waarom overheden de gelegenheid niet aangrijpen om nog meer obligaties uit te geven.

Ik wil daar twee bedenkingen bij maken. Ten eerste zullen de rentevoeten waarschijnlijk niet altijd zo laag blijven. Als een land nu schulden maakt en de rentevoeten daarna stijgen, zullen de rentelasten een steeds grotere hap uit de belastinginkomsten nemen. Dat is dus gevaarlijk.

Ten tweede is het spaargeld in de privésector niet onbeperkt. Hoe meer schulden een land maakt, hoe minder geld er overblijft om de privésector te financieren.

Betekent dat dat de speelruimte van landen beperkt is?

In normale tijden is die speelruimte beperkt, maar we mogen de centrale banken niet vergeten. Als de centrale banken de obligaties die landen uitgeven rechtstreeks opkopen, zoals sommigen dat willen, zou in theorie niet aan het spaargeld van de privésector hoeven te worden geraakt. Maar dat is een gevaarlijke theorie. Die werkwijze heeft in het verleden rampzalige gevolgen gehad, bijvoorbeeld in Duitsland in de jaren 1920 en later ook in Latijns-Amerika en Afrika.

Het is niet voor niets dat men altijd gewaakt heeft over de onafhankelijkheid van de centrale banken en hen verboden heeft om staatsobligaties rechtstreeks op te kopen.

Daarnaast spelen de centrale banken sinds een jaar ook nog een andere rol. Ze voeren namelijk een expansief monetair beleid dat de rente bijzonder laag houdt. Daardoor hebben ze veeleer bijgedragen aan de huidige situatie in plaats van ze op te lossen.

Het grootste probleem voor het wereldwijde financiële systeem is de buitensporige schuldenlast, die onophoudelijk blijft groeien. Welke oplossingen kunnen ons uit deze situatie halen?

Er is jammer genoeg geen mirakeloplossing. Sommigen pleiten voor een oplossing die op papier misschien interessant lijkt: de centrale banken nemen een deel van de overheidsschuld over en schelden die schuld vervolgens kwijt. Dat kan dan wel een tovertruc lijken, maar wonderen zal die niet doen. Doordat de centrale banken deel uitmaken van de openbare sector, zou die kwijtschelding namelijk een neutrale operatie zijn voor de privésector, aangezien het dan de centrale banken zijn die het verlies dragen. Het enige gevolg zou dan zijn dat het eigen vermogen van de centrale banken bijzonder negatief wordt, al beweren velen dat dat helemaal niet zo erg zou zijn.

Op papier lijkt het eenvoudig ...

Ja, maar in de praktijk zouden er heel wat problemen opduiken. Bovendien zou zoiets maar één keer mogen gedaan worden en zouden voorzieningen moeten worden getroffen om te voorkomen dat landen daarna gewoon opnieuw schulden zouden maken. Tot nu toe heeft dat nooit echt gewerkt.

En waarom zou het bij één keer blijven? De centrale banken zouden via de markten nog meer staatsobligaties kunnen opkopen om nog meer schulden te kunnen kwijtschelden, maar wordt de buitensporige schuldenlast van de privésector niet lichter.

De minst pijnlijke remedie is groei. Maar aangezien de buitensporige schuld die groei afremt, zitten we gevangen in een vicieuze cirkel.

Zijn de als heilig beschouwde convergentie- en stabiliteitscriteria uit het Verdrag van Maastricht dan achterhaald?

Het grote verschil met de vorige grote economische crisis is dat de meeste landen, vooral in Europa, aandrongen op begrotingsdiscipline en tegelijkertijd een extreem expansief monetair beleid voerden. Nu begint men dat strenge begrotingsbeleid als iets negatiefs te zien. Men zegt nu integendeel dat het monetaire beleid bij een rente die nul bedraagt of zelfs negatief is, zijn grenzen heeft bereikt en dat het fiscale en het begrotingsbeleid moeten worden gebruikt om de overheidsuitgaven op te trekken.

Dat loslaten van de begrotingsdiscipline is zeker een van de grote lessen die we uit deze situatie kunnen trekken. Maar op middellange termijn houdt dat wel een groot gevaar in. Guy Wagner, bestuurder-directeur van BLI-Banque de Luxembourg Investments

En dan hebben we het nog niet eens over het inflatiegevaar, dat nog altijd om de hoek loert ...

Ja, op korte termijn heeft deze crisis eerder een deflatoir effect, maar op middellange termijn is het inflatiegevaar reëel. Er meerdere factoren die aan dat inflatiegevaar bijdragen. Ten eerste is er de antiglobalisering. Men wil terug naar lokale productie- en leveringsketens. De globalisering heeft de inflatie de voorbije decennia sterk gedrukt, en de omkering daarvan zal duidelijk een inflatoir effect hebben.

Ten tweede zullen de nagenoeg onbeperkte begrotingsuitgaven, die gefinancierd worden met de zogeheten geldpers, de inflatie op middellange termijn ook een stevige duw in de rug geven.

 

Welke maatregelen zouden onmiddellijk moeten worden genomen en in welke volgorde?

Dat is moeilijk te zeggen. De grond van het probleem is natuurlijk de buitensporige schuld. Momenteel torsen de G7-landen samen een overheidsschuld van 140% van hun bbp. Dat is historisch hoog, en dan houden we nog niet eens rekening met de uitgaven in verband met de demografische ontwikkelingen en voor de pensioenen ...

De overheidsschuld van landen annuleren zou pas een oplossing zijn als dat tot in de puntjes wordt voorbereid. En dan zouden er garanties moeten worden geboden dat de schuld niet opnieuw overdreven groot zal worden en zouden de landen zich formeel moeten verbinden tot een strenge begrotingsdiscipline. Gezien de ervaringen uit het verleden hebben we wat dat betreft helaas niet veel redenen om optimistisch te zijn. 

Guy Wagner, Chief Investment Officer

Guy heeft een master in de economische wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel op zak en trad in 1986 toe tot Banque de Luxembourg, waar hij achtereenvolgens verantwoordelijk was voor de afdelingen Financiële Analyse en Asset Management. Sinds 2005 is hij Chief Investment Officer van BLI - Banque de Luxembourg Investments.

Volg me maar LinkedIn

Schrijf u in op de maandelijkse nieuwsbrief
Ontvang maandelijks analyses van de financiële markten en nieuws over de bank.

Bekijk onze laatste nieuwsbrief Bekijk onze laatste nieuwsbrief